In dit gebied worden de mogelijkheden onderzocht voor het ontwikkelen van woningen, bedrijvigheid, voorzieningen, openbaar vervoer en groen.

Gemeentesecretaris Ellie Liebregts opende de avond. Zij benadrukte dat de gemeente het belangrijk vindt om de mening van inwoners te horen over de toekomst van de A12 zone. Deze avond was de start van een langjarig gesprek. “Wat fijn dat we hier vanavond met u als direct omwonenden voor het eerst over in gesprek kunnen”. Dionne Baaré, strategisch adviseur en programmamanager A12 zone gaf aan dat de regio Utrecht hard op zoek is naar nieuwe locaties voor woningbouw, arbeidsplaatsen en groen. De ring rondom Utrecht is daarbij kansrijk. ‘Dat is een gebied dat goed bereikbaar is, en waar de voorzieningen dichtbij zijn.’ De A12 zone is hier onderdeel van.

De plannen voor de toekomst voor de toekomst van de A12 zone zijn nog verre van concreet, benadrukte Baaré. ‘Het gaat om ontwikkelingen na 2030.’ Toch worden er de komende jaren al beslissingen over verstedelijking en mobiliteit genomen. ‘Het is daarom belangrijk om nu al te weten wat Nieuwegein wil.’

Na de plenaire presentatie konden bezoekers rondlopen op de informatiemarkt en vragen stellen aan het projectteam. Daarnaast konden mensen hun wensen/zorgen en ideeën kwijt op kaartjes of bij de ‘groene petjes’, reporters die gedurende de hele avond rondliepen om informatie op te halen onder deelnemers.

In een aparte ruimte werd de gebiedsdocumentaire ‘De toekomst van de A12 zone’ vertoond, waarin verschillende inwoners hun ideeën over de A12 zone bespraken.  

Dilemma-tafels

Ook kregen bezoekers de mogelijkheid om aan te schuiven bij een van de dilemmatafels. Bij de tafel ‘groen’ bespraken inwoners vraagstukken rondom het behoud van groen, mobiliteit  en mogelijke bouwlocaties. Daarbij benadrukten bewoners van Galecop het belang van het groen en de natuurwaarde die aanwezig is rondom de voormalige wielerbaan (hoge bomen, populieren, verschillende vogels). Ook in de rest van de Galecopperzoom zou groen centraal moeten staan, vonden zij. Andere bezoekers zagen wel mogelijkheden voor woningen in delen van de Galecopperzoom (‘zodat andere delen groen kunnen blijven’).

Voor andere woningbouwlocaties zagen de meeste bezoekers mogelijkheden in Papendorp, Westraven, de rand van de Liesbosch en de tramremise. Op deze plekken zou wellicht ook in wat hogere dichtheden gebouwd kunnen worden.

Een terugkerend punt was de onduidelijkheid over de precieze plannen in Rijnenburg, omdat deze relevant zijn voor de toekomst en de bereikbaarheid van de A12 zone. ‘Als Rijnenburg, Papendorp en Westraven worden volgebouwd, heb je natuurlijk ook ergens behoefte aan meer groen.’

Mobiliteit

Ook het onderwerp mobiliteit leidde tot levendige gesprekken. Er bleek veel steun voor het verbeteren van het fiets- en OV-netwerk, niet alleen in de richting van Utrecht Centraal, maar juist ook naar andere wijken en gebieden die nu nog niet goed ontsloten zijn. Wat betreft het autogebruik gaven aanwezigen aan dat de auto hoort bij Nieuwegein. Wellicht dat autoluwe wijken passen bij de stad Utrecht, maar of dit ook voor Nieuwegein zou werken? Veel bezoekers twijfelden of waren sceptisch. Bovendien vreesden sommigen voor de negatieve gevolgen van een nieuwe autoluwe wijk voor de drukte in de bestaande wijken (‘Dan komen ze bij ons voor de deur parkeren’).

Verslag

Op dit moment is Tertium bezig met het analyseren van de opgehaalde wensen, zorgen en ideeën. Samen met de enquête en de verslagen van eerdere gesprekken met inwoners en ondernemers, maken zij een verslag waarin zij proberen de mening van de Nieuwegein zo goed mogelijk te vatten. Op die manier kan de gemeente Nieuwegein daar rekening mee houden bij het bepalen van de eigen positie in de gesprekken met Utrecht, Houten, de andere regiogemeenten, de provincie en het rijk.